
Gedragscode sociale veiligheid: een gedeelde verantwoordelijkheid
De Alliance Française Breda stelt als eis dat bestuursleden, vrijwilligers, docenten, leden, cursisten, deelnemers aan activiteiten en andere betrokkenen respectvol en zorgvuldig omgaan met elkaar en met de organisatie. Wij richten ons op een sociaal veilige leer- en functioneringscultuur, waarin professionele gedragsnormen gelden en duidelijk is wanneer de grenzen van het toelaatbare worden overschreden. Daarbij zijn zaken als seksuele intimidatie, verbale of non-verbale agressie, geweld, pesten en discriminatie ontoelaatbaar. Alle betrokkenen dienen te kunnen rekenen op een veilige en positieve omgeving.
Voor eenieder die zich in de context van deze gedragscode onheus behandeld voelt, bestaat de mogelijkheid om ondersteuning te vinden bij het cursuscentrum en/of het bestuur van de Alliance Française Breda.
Ongewenst gedrag: schadelijk voor mensen en voor de organisatie
Om een goed en veilig werk- en leerklimaat te realiseren, onthouden medewerkers en cursisten zich van iedere vorm van ongewenst gedrag. Ongewenst gedrag zijn gedragingen van cursisten, leden, docenten of andere betrokkenen die voor de getroffene belastend zijn, omdat zij het veiligheidsgevoel of de lichamelijke of geestelijke integriteit bedreigen en/of beschadigen. Het kan daarbij onder meer gaan om intimidatie, seksuele intimidatie, discriminatie, agressie, geweld of pesten en alle situaties waarin voor één of meerdere betrokkenen een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving wordt gecreëerd, tijdens de activiteiten of daaraan gerelateerd (bijvoorbeeld via social media).
Er is sprake van ongewenst gedrag zodra één van betrokkenen het redelijkerwijs zo ervaren kan. Docenten en bestuursleden stellen ongewenst gedrag aan de orde, en ook deelnemers en cursisten hebben daartoe het recht, ook als ze omstander zijn.
Maatregelen bij ontoelaatbaar gedrag
Alle docenten, bestuursleden, vrijwilligers, deelnemers en cursisten zijn medeverantwoordelijk voor een goede leer- en functioneringscultuur. Zij moeten de sociale veiligheid voor elkaar waarborgen. Als iemand zich schuldig maakt aan één of meer van bovengenoemde ontoelaatbare gedragingen, kan het bestuur besluiten de overeenkomst met deze persoon met onmiddellijke ingang te ontbinden, met inbegrip van schorsing en/of ontzegging van de toegang tot de lessen en activiteiten, en zonder recht op enige teruggave van cursusgelden of contributie. Het bestuur neemt hierin het initiatief en heeft hierin beslissende bevoegdheid. Algemeen gangbare procedureregels met betrekking tot hoor en wederhoor en proportionaliteit zijn van toepassing.
Professionele houding bestuurders: respect, waardering en openheid
Binnen de organisatie zijn waardering en vertrouwen belangrijke waarden. Prestaties op waarde schatten, erkennen van elkaars identiteit, uitgaan van de goede intenties van de ander – ook wanneer de druk toeneemt. Bestuur en Cursuscentrum zetten zich in voor duidelijke communicatie, zijn bereid elkaar te helpen en spannen zich in voor een goede teamgeest. Bestuursleden zorgen ervoor dat er geen vermenging van persoonlijke en professionele relaties en/of belangen ontstaat.
Professionele houding docenten
Een goede docent gaat op een professionele manier met cursisten om en is te allen tijde gericht op de ontwikkeling van de cursist. De docent bepaalt het programma, maar biedt ook ruimte aan de cursisten, respecteert hun persoonlijkheid en garandeert een gelijkwaardige behandeling van zijn/haar cursisten, ongeacht hun verschillende achtergronden. De docent is zich ervan bewust dat de verhouding tussen docent en cursist een zekere machtsverhouding impliceert, en gaat hier integer mee om, in het bijzonder met het vertrouwen en de afhankelijkheid die deze relatie kenmerken. De docent voorkomt vermenging van zijn/haar professionele rol met andere, niet-professionele contacten met cursisten.